Een ontdekkingsreis in twaalf dagen
Lukas 3:1-4:13
Na de twee inleidende hoofdstukken waarin de verwachting flink is opgebouwd maken we in hoofdstuk drie een sprong in de tijd. Er is een andere keizer en Johannes, van wie we al in 1:80 vernomen hadden dat hij als volwassenen in de woestijn verbleef, begint zijn bediening. Het startschot voor zijn bediening is als God zich tot Johannes richt (3:2). De handelende persoon blijkt God te zijn, die mensen in beweging zet.
In de eerste twee hoofdstukken zijn we al verschillende verwijzingen naar Jesaja tegen gekomen, maar nu maakt Lukas een hele expliciete verwijzing naar Jesaja 40:3-5. Een belangrijke vraag is nu wat het verschil is tussen de doop met water van Johannes en de doop met vuur van Jezus (3:16). Johannes maakt dit onderscheid omdat de mensen zich afvragen of hij de messias is. Met de doop van Jezus wordt de uitstorting van de heilige Geest bedoeld zoals in Handelingen 2 gebeurt. Zie ook het voorval in Efeze waar ze alleen een waterdoop van Johannes kennen (Handelingen 19:1-7). De doop van Johannes is van tijdelijke aard; het is een voorbereiding op Jezus en het zorgt voor een tweedeling in de gemeenschap van de natuurlijke kinderen van Abraham. In zijn verhaal beschrijft hij het leven van Johannes tot aan zijn gevangenneming (3:19-20), zodat na dit vers alle aandacht uit kan gaan naar Jezus. Door het op deze manier te doen kan de indruk ontstaan dat Jezus niet door Johannes is gedoopt omdat dit op zijn gevangenneming volgt.
In het volgende gedeelte van 3:21-4:13 gaat het om het inauguratie van Jezus in zijn bediening. Naast het ontvangen van de heilige Geest(doop), wordt zijn status als zoon van David, zoon van Abraham en zoon van God bevestigd (3:23-38), en leert Jezus volledige gehoorzaamheid aan God (4:1-13). Uit 3:8-9 weten we dat zoon of dochter zijn alleen niet voldoende is; gehoorzaamheid wordt gevraagd en daarom is het werk van de heilige Geest zo belangrijk.
Uit de beschrijving van Lukas blijkt dat hij meer nadruk legt op het neerdalen van de heilige Geest dan het dopen zelf. Het horen van de stem uit de hemel en de gave van de Geest gebeuren niet tijdens het dopen maar achteraf als Jezus aan het bidden is. Deze nadruk op het werk van de heilige Geest is kenmerkend voor Lukas (zie 1:15,35,41,67,80; 2:25,26,27; 3:16,22; 4:1,14,18). Zie ook Handelingen 10:37-38.
Lukas onderbreekt in 3:23 zijn verhaal na de doop met Jezus door aanvullende informatie over Jezus te geven. Een dergelijke stamboom geeft iemands sociale positie aan en geeft ook de boodschap door dat de lijn van de aangenomen vader van jezus een lijn vertegenwoordigt die helemaal tot het allereerste begin te traceren is.
In 4:1 pakt Lukas het verhaal weer op en maakt duidelijk dat dit direct op de doop van Jezus volgde. Er zijn twee dingen die opvallen. Door zo sterk te benadrukken dat Jezus vol is van de heilige Geest en door de Geest geleid wordt krijgt de strijd met de duivel een sterk kosmische proportie. Dit is meer dan een persoonlijke verzoeking; hier is een geestelijke strijd gaande. Het tweede wat opvalt is de parallel met het volk Israël in de woestijn. Als Gods zoon (Exodus 4:22-23); viertig jaar als beproeving in de woestijn (Deut. 8:2; Ex. 16:35).
Nadat Jezus de aanvallen van de duivel heeft afgeslagen is het voorbij. Jezus heeft laten zien gehoorzaam te zijn waar het volk door de mand viel. Er staat dan dat de duivel hem tijdelijk met rust liet. Als lezer niet vertrouwd met hoe het verder gaat roept dit direct spanning op. Jezus blijkt de duivel te kunnen weerstaan, maar blijkt hij hier ook toe in staat als de duivel terugkeert. We kunnen niet wachten met verder lezen. Wat gaat er gebeuren? In 4:14 begint de bediening van Jezus dan echt.
Bij het nadenken over deze bijbelgedeelten kwam één aspect mij sterk naar voren: De Heilige Geest is dominant aanwezig als de beslissende ‘factor’ die de levenshouding van mensen stuurt. De scharen, tollenaars en militairen in krijgsdienst krijgen als antwoord op hun vragen van Johannes te horen dat zij hun houding moeten veranderen: niet hebberig zijn (kleding en voedsel uitdelen, niet meer geld vragen dan voorgeschreven (door de overheid), niet plunderen, tevreden zijn) – hun beroep of omstandigheden hoefden ze niet te verlaten. Lucas vertelt daarna dat Johannes zegt dat Jezus zal dopen met de Heilige Geest: Hij zal het verschil maken in de harten van mensen!
Jezus zelf laat dat ultiem zien tijdens de verzoekingen die de duivel Hem brengt. Wat mij opvalt is dat Jezus voor de bepaling van zijn houding reageert met een beroep te doen op wat God al eeuwenlang (Deut.) van mensen heeft gevraagd: niet van materiele welvaart (alleen) moeten wij willen leven, wij zullen God niet verzoeken, wij zullen Hem juist aanbidden en dienen. En Jezus laat zelf zien, hoewel hij de duivel in macht had kunnen overtroeven, dat Hij daarmee zich door de Geest laat leiden (4:1).
Voor mij is het opnieuw de oproep van God om luisterend naar de Geest van Jezus mijn levenshouding in gegeven omstandigheden te laten sturen, en te kiezen voor wat God behaagt. Hij schept leven van goede kwaliteit, in mij en in de mensen om mij heen. En als ik struikel, richt Zijn Geest mij weer op.
LikeLike